Frequently asked questions
De veelgestelde vragen en antwoorden van onze partners
De realisatie van kleinschalige installaties voor groen gas bij veehouderijen is een eenduidige en technologisch beschikbare oplossing voor het stikstof- en klimaatprobleem binnen de energietransitie. Ekwadraat en HoSt Groep hebben de handen ineen geslagen voor het realiseren hiervan. Begin 2022 is het consortium genaamd ReFerm officieel gestart.
Fermentatie: Vernieuwd totaalconcept vergisting: maximale reductie van stikstof- en methaanuitstoot
Ferme aanpak.
Renewable: Hernieuwbare energie, hernieuwbare meststoffen.
Referm. Nieuwe aanpak voor vergisting op boerderijschaal: niet alleen vergisten en groen gas maken, maar de directe link met een emissiearme stal en naverwerking naar kunstmestvervangers.
Haalbaarheidsstudies & subsidietrajecten: Ekwadraat
Vergunningen: Ekwadraat en Agrifirm Exlan
Financiering: Societe Generale en Rabobank
Stalaanpassingen: Fabiton, Proflex betonproducten en Dairy Welfare
Monomestvergisting: Biolectric en HoSt
Mest scheiden: Fabiton
Stikstofstrippen: Farmcubes en Askové
Na-opslag digestaat:
Fabiton en PAS mestopslagsystemen
Meettechniek: Fudura
Groen gas contract: Vattenfall
Als kennispartners zijn ook CoGas, TKI Nieuw Gas en N-tra aangesloten.
Landschappelijk: veel boerderijen hebben vaak al een silo staan voor de opslag van mest. Een mestvergister is niets meer dan een compleet afgedichte silo (geur en gasdicht) met een 40 ft container (zeecontainer) waar het vergistingsgas wordt opgewerkt naar groen gas van aardgaskwaliteit . Landschappelijk is de impact dus nihil. Doordat de mest van eigen bedrijf komt is ook transport zeer beperkt, alleen wanneer wordt geclusterd is er sprake van transport (denk hierbij aan maximaal één transportbeweging per dag over een zeer geringe afstand).
Potentiële overlast: in het verleden zijn er voorbeelden geweest van overlast van vergisters. Echter is het belangrijk te vermelden dat het hier ging om installaties die diverse andere (afval-)stromen verwerken, waardoor er potentieel geuroverlast ontstaat. Het ging hier vaak over vaste co-stromen die buiten werden opgeslagen en daardoor overlast veroorzaakten.
Bij enkel mestvergisting wordt de geur gereduceerd, omdat geur in de stal wordt gereduceerd door andere emissie-arme vloersystemen. De mest wordt zeer snel afgevoerd naar een gasdichte opslag. Daarnaast is de geuremissie van digestaat een stuk lager dan van mest bij het uitrijden.
Circa 15%. Dit is gebaseerd op operationele kengetallen van 10 operationele installaties.
Het digestaat draagt bij aan een goede bodem. Zowel door de trager afbrekende organische stof, die is overgebleven in het digestaat (residu) als door het veel gerichter te benutten ammonium (als vervanger van kunstmest), dat is gestript (selectief is afgevangen) uit het digestaat. Dit vrijwel zonder emissies, omdat het snel verteerbare materiaal is vergist. Dit systeem is dus ook geschikt voor biologische boeren.
Er zijn diverse onderzoeken gedaan naar de impact van digestaat op de bodemkwaliteit, zie bijvoorbeeld: https://demarke.eu/wp-content/uploads/2021/02/Digestaat-en-bodemvruchtbaarheid-De-Marke.pdf
Weidegang en mestvergisting gaan prima samen. Het weiden van koeien levert een hogere opbrengst op dan het beetje extra gas dat geproduceerd kan worden. Als voorbeeld: een koe die geweid kan worden loopt circa 150 dagen per jaar gedurende 8 uur buiten, ofwel 1200 uur. Dit is < 15% van de tijd en daarmee ook <15% van de mest die rechtstreeks op het land terecht komt.
We beseffen ons dat het enorm ambitieus is, maar dit geldt generiek voor de uitdagingen waarvoor we staan op het vlak van broeikasgasemissie- en stikstofreductie en voor de productie van voldoende duurzame energie. Een eerder project op gebied van monomestvergisting heeft laten zien dat het mogelijk is tientallen installaties in korte tijd te bouwen.
We willen ook ambitie uitstralen: uiteindelijk levert elke extra installatie een bijdrage aan de doelstellingen.